Super gezellig om de pannenkoekenbakkers aan boord te hebben. Uiteindelijk komen we er door migraine van de baas niet aan toe om überhaupt de haven uit te varen, maar op de boot en in Chania is genoeg te doen om er een leuk weekend van te maken. Sowieso leuk om met iedereen weer even bij te praten, want zo vaak zien we elkaar tegenwoordig niet meer.
Op maandagochtend worden de mannen om 9 uur opgehaald door de taxi terwijl wij de haven al uitvaren. We hebben nog wel een stukje te gaan, de oversteek naar de Peleponnesos is ruim 80 mijl. Daarbij zijn we natuurlijk ook nog afhankelijk van de wind, als die teveel uit het noordwesten zou komen wordt het slimmer om toch op een Cycladen eiland te mikken in plaats van de beoogde bestemming Monemvasia.
In het begin gaan we als een speer, heerlijk windje met vol tuig. In eerste instantie varen we vrijwel noord, omdat de wind door de straat tussen Kreta en het vaste land om de spitse punten aan de Noordwest kant van Kreta heen draait. Wanneer we later meer op open zee komen draait de wind al iets meer zuidelijk en kunnen we geleidelijk afbuigen richting de bestemming.
Met deze snelheid zouden we zelfs nog in het licht aankomen, maar we weten dat de wind straks nog 180 graden gaat draaien en dat dit vaak gepaard gaat met een hele zone waarin nauwelijks wind is. ‘Met minder wind en/of op 1 motor gaan we dat niet redden nu de dagen al weer behoorlijk kort zijn. Tijd genoeg dus om nog eens een lijntje uit te gooien en binnen de kortste keren hangt er weer een behoorlijke tonijn aan. We zijn nog steeds een beetje knullig met het binnenhalen, maar deze keer kunnen we er toch weinig aan doen dat het slachtoffer er alsnog van door gaat. Net als ik hem met de haak wil gaan binnenhalen en Marijke de hengel vasthoudt breekt het lusje waar de lure mee vastzit en verdwijnen de grote ogen van de tonijn met lure en al weer naar beneden. Dat is voor iedereen een slechte oplossing, wij geen tonijn, de tonijn voorlopig altijd met iemand op zijn lip, en de lure was er inmiddels ook aan gehecht geraakt om achter ons aan te zwemmen.
Wij treuren daar niet lang over, want met dezelfde lure in een andere kleur (zou eigenlijk de ochtend en avond lure moeten zijn) hebben we in notime de volgende tonijn aan de haak. Deze weten we wel aan boord te halen, dus hebben we tot het eind van deze trip weer genoeg te eten. Kunnen we het ons mooi permitteren om hem iets ruimer schoon te maken, al zou Flo dat waarschijnlijk niet goedkeuren. Kost sowieso al wel een paar uurtjes om hem om te toveren van vis naar tonijnsteak.
Wanneer we bij Monemvasia aankomen is het al aardedonker en staat er al weer volop wind en deining. We proberen het nog wel even aan de zuidkant van het bijzondere eiland waarop de oude stad ligt maar het anker houdt niet en de juiste ingang naar de haven is in de regen ook nauwelijks te onderscheiden. Slimmer om voor de zekerheid maar een baaitje naar het noorden op te schuiven, ook al betekent dat dat we nog een halfuurtje door moeten.
Wanneer we de volgende ochtend wakker worden schuiven we toch nog maar een baaitje op naar het westen. Daar liggen we net iets beter uit de swell en ziet het er ook nog eens een stukje levendiger uit met een paar huizen en lokale vissersboten. Hier blijkt zelfs een steigertje te zijn waar we de dinghy aan kunnen leggen, zodat we eindelijk de fietsen een keer kunnen gebruiken. In Noorwegen hebben we die echt regelmatig gebruikt maar dit jaar was de temperatuur op het land vaak voldoende afschrikwekkend om ze lekker in het luik te laten staan.
Ze doen het nog top, we hadden de accu’s al weer helemaal opgeladen. Binnen een halfuurtje rijden we over de dijk naar de oude stad van Monemvasia. Top om hier buiten het seizoen te zijn, want in het hoogseizoen moet het hier afgeladen vol zijn. Er zijn al wel een aantal restaurantjes dicht, maar Marijke weet laat op de dag nog een leuke te vinden (kunnen niet elke dag ‘s middags en ‘s avonds tonijn eten). Maar eerst lopen we door alle smalle straatjes en trappetjes nog naar de top van het eiland waar de 13e-eeuwse Agia Sofia kerk nog boven de bovenstad uit staat te kijken over de omgeving inclusief Greatcircle.
Tijd om terug te fietsen, dan kunnen we nog een hopje maken voordat we een voorspelde windstille dag gebruiken om naar Aegina te varen. Het haventje van Yerakas biedt meer dan genoeg beschutting voor wind en golven, en omdat we er in eerste instantie zelfs de enige boot zijn is er meer dan genoeg ruimte om aan te leggen. We kiezen voor de nieuwe kade, compleet met water en stroom, omdat er verderop langs de kade zo hier en daar wat rotsen langs de kant schijnen te liggen. Verderop voorbij het plaatsje ligt zelfs nog een heel meer, maar dat is zo ondiep dat de reigers er lekker rond aan het stappen zijn.
Vrijdag is het inderdaad windstil. Het is ruim 60 mijl om Hydra heen naar Perdika op de zuidwestpunt van Aegina. Dat moet dus op zich ruim lukken in het licht, maar laten we voor de zekerheid maar op tijd vertrekken. Zonder wind is het een eitje om te vertrekken, dus kan de kapitein zich lekker nog even omdraaien. De zonsopkomst kan ze altijd later nog een keer terugkijken in het filmpje.
Waar we al dagen nauwelijks andere boten gezien hebben zie je in de omgeving van Spetses en Hydra opeens weer van alles zeilen. Hier is waarschijnlijk het hele jaar wel het een en ander te doen wanneer je er voor zou kiezen de boot in het water te laten. Prachtige dag, ruim boven de 20 graden, hier zouden we als Nederlandse zomerdag voor tekenen. Blijft vreemd dat het (eigenlijk in de hele Middellandse zee) echt einde seizoen is.
De andere kant is dat wanneer ik dit op een druilerige grijze dag op Ameland zit te schrijven er gisteren nieuws uit de regio Athene was van enorme overstromingen en modderstromen waar nog een stapeltje doden bij gevallen is ook. Net als eerder op Kreta maken ze hier qua weer ook dingen mee die ze zelden of nooit hebben meegemaakt.
We komen ruim op tijd in de haven van Perdika aan. Er ligt al een aantal boten die aan een zeilregatta hebben meegedaan zodat het nog best levendig is in het haventje. In het dorp zelf is los van een aantal rechttoe rechtaan tavernes niet veel te beleven. Ter compensatie worden we getrakteerd op een heel bijzondere zonsondergang. Vintage port van Martin uit “ons jaar” erbij, helemaal goed.
Volgende stop en laatste halte voordat de boot op de kant gaat is dan Aegina stad. Aegina heeft een behoorlijke haven waar veel mensen net als ons hun boot klaar maken voordat hij uit het water (of terug naar de chartermij) gaan. Hier komt Hains van Nautisch Kwartier maandag ook aan om ons te helpen met een aantal dingen. We hebben nog een laatste lijstje met open punten, maar het is ook echt heel lekker om er iemand bij te hebben die weet hoe we de boot de eerste keer moeten klaarmaken om de kant op de gaan.
Alles bij elkaar zijn we daar nog wel even mee bezig. Voordat we naar de shipyard Planaco aan de noordkant van Aegina varen halen we alle zeilen er af. Ook al staat onze mast verder naar achteren dan bij andere cats, het is door de hoogte van de mast (28m boven het water) nog altijd een enorme lap. Het lukt uiteindelijk om alle palletjes uit de bevestigingen van het zeil aan de mast te krijgen en de zeillaten er uit te halen. Vervolgens kunnen we de zak met het grootzeil met veel moeite net met zijn tweeën tillen. De code 0 hebben we dan al door het slaapkamerraam naar beneden laten zakken en ook de fok is daar al weer opgeborgen.
Hains repareert nog wat kleine dingetjes, en legt een extra alarm toeter (kan je niet meer missen nu) en de bekabeling voor de camera aan. Ook doet hij nog een poging om te achterhalen wat er met de watermaker mis is. Al snel vindt hij uit dat het relais wat de pomp aan zou moeten schakelen al gesmolten is en dat het laatste stuk van de bedrading vanaf de hoofdaansluiting in de machine veel te warm wordt. Met een nieuw relais uit de winkel weten we de errormelding die het onmogelijk maakte het apparaat nog aan te zetten te omzeilen maar verder komen we niet omdat er ook weer andere onderdelen gesneuveld blijken. Op één of andere manier verbruikt het apparaat veel teveel stroom waardoor hij telkens opnieuw kapot gaat. Hains meet meer dan het dubbele amperage dan wat de bedoeling zou zijn. De Griekse distributeur van Sea Recovery had dit eerder ook al vastgesteld bij de vorige reparatie maar had er ook geen verklaring voor.
Wij zijn het nu wel ongeveer zat met dit apparaat, we hebben hem dit jaar nog geen kwart van de tijd kunnen gebruiken terwijl een water maker voor onze manier van reizen (en ankeren) essentieel is. Zo’n water maker kost ongeveer hetzelfde als een behoorlijke VW Golf, moet je voorstellen dat je een nieuwe Golf koopt en die het gemiddeld één van de vier seizoenen doet…..
Ergens deze week is er een beurs in Amsterdam waar zowel Sea Recovery als Nautisch Kwartier aanwezig zijn. Onze hoop is er op gevestigd dat ze het er over eens worden om het bestaande apparaat te vervangen door een 220V machine die het wel gewoon blijft doen. Achteraf gezien hadden we daar meteen voor moeten kiezen, het prijsverschil is heel beperkt, de productie ligt veel hoger, en een 220V apparaat schijnt veel robuuster te zijn.
Hopelijk zien ook Lagoon en Sea Recovery in dat dit echt zo niet kan, het zou heel oneerlijk zijn wanneer de dealer er voor op moet draaien. De situatie van een dealer van Lagoon lijkt wel wat op de situatie van een Microsoft partner. Je blijft wel heel afhankelijk van je primaire leverancier, jij blijft als dealer het aanspreekpunt voor de klant, en je moet er als klein duimpje maar op hopen dat de reus er voor je blijkt te zijn als het er op aan komt.
Aegina is er op ingericht om mensen zoals ons te ondersteunen en Marijke vindt een winkeltje waar ze echt alles hebben wat je maar ongeveer nodig zou kunnen hebben voor je boot. De man van de winkel moet er even aan wennen dat hij een vrouw als kapitein in zijn winkel krijgt, maar na een paar keer begint hij er volgens mij echt lol in te krijgen haar te helpen. Zijn vader van tegen de 90 klimt op het vasteland zelfs op zijn motor om 40 kilometer verder de benodigde onderdeeltjes voor het voorste luik op te halen en op tijd op de veerboot naar Aegina te krijgen.
Donderdag is een lokale feestdag op Aegina, dus moet de boot woensdag uit het water. Laat dat nou net de dag zijn dat er forse onweersbuien voorspeld zijn! Wanneer we ‘s ochtends wakker worden lijken die net voor ons langs te trekken. Kunnen we op ons gemak nog de laatste voorbereidingen doen zou je denken. Dan belt Planaco echter, de wind is aan het draaien en het onweer komt alsnog onze kant op. Of we toch maar meteen willen komen. Op zich kan dat, Hains heeft inmiddels in overleg met een dealer in Nederland ook de electronische (ZF) gashendels gerepareerd zodat we ook de rechter motor kunnen starten en we hem zowel in zijn voor als achteruit krijgen. Bij het wegvaren komen we nog achter een klein detail, bij de rechter hendel is achteruit nu vooruit en omgekeerd. Ik was er al aan gewend om na te moeten denken over de stand van beide hendels, dus moet het het laatste tripje van dit jaar nog wel gaan lukken. De ZF control heads worden sowieso begin volgend jaar vervangen door een nieuwe set.
Blijft onrustig met onweer aan alle kanten om je heen, maar de mannen van Planaco lijken zich er minder druk om te maken. We gaan niet met een kraan maar op een speciaal in Nederland gemaakte trailer het water uit. Die gasten lijken precies te weten wat ze doen. Ze hebben zelfs iemand met wetsuit en snorkel in het water om te checken of de boot goed op de trailer terecht komt. Wij bekijken het mooi vanaf de zijkant, schuilend onder een boot voor de stromende regen.
Uit het water zie je helemaal wat een enorm schip het is, zeker wanneer er een busje als referentie langs rijdt. Wanneer de boot eenmaal op zijn plek staat zien we pas dat het allemaal maar net past, de trailer kan echt maar net weer onder de boot uitgereden worden. Of ze hebben er al eerder een 52 uitgereden of we hebben echt mazzel gehad. Ik zou in ieder geval niet precies hebben kunnen vertellen wat de afmetingen exact zijn aan de binnenkant van de drijvers en dan ook nog op verschillende hoogtes.
We kunnen de laatste nacht gewoon op de boot op de kant slapen, da’s lekker makkelijk omdat we toch nog wel het een en ander te doen hebben. Alle kussen bergen we op in de slaapkamers en ook de tent halen we er in delen af.
Nu de boot uit het water is kunnen we ook alle motoren klaar maken voor de winter. Vriezen zal het hier niet of nauwelijks doen, maar een beetje antivries schijnt de motoren ook beter te conserveren en tegen roest te beschermen. De hoofdmotoren en de generator gaan op dezelfde manier door de deksel van de wierpot te draaien en de vloeistof er in te laten lopen. Wel handig om volgend jaar een tool te hebben om de deksel er ook af te krijgen want dat blijkt nog maar net met de hand te lukken. De airco heeft ook een aanzuigpomp met een soortgelijk wierpotachtige filter waar het deksel afgeschroefd kan worden. De buitenboordmotor van de dinghy spoelen we door met zoet water door de reguliere vlakjes af te plakken. Dan hebben we nog een hoes gekocht voor de dinghy (past net) en een stuk zeil om de stuurstand mee af te dekken (23 euri’s i.p.v. een veelvoud hiervan als je de originele covers koopt).
Onze nieuwe buurman Steffen heeft hier net een boot gekocht die al 3 jaar op de kant stond. Die is nog wel een tijdje bezig hier de komende maanden om de boot op orde te krijgen. Kan hij mooi ook een oogje in het zeil of in ieder geval toch op de boot houden tot wij weer terugkomen.
Het is maar iets meer dan een uur op de veerboot naar Athene en dan nog een uurtje met de taxi naar het vliegveld. Het zit er op voor dit jaar, het zeilen dan toch in ieder geval ….
Reacties